Rauw

Onderstaande info is geschreven door Ester Overman voor meer info zie www.voernatuurlijk.nl

Waarom rauw?

Vraag menig hondenbezitter wat deze zijn honden voert en merendeel zal antwoorden: brokken of blikvoeding. Misschien doet u dit nu ook wel. Toch voert niet iedereen op deze manier en is het lang niet meer zo vanzelfsprekend als een aantal jaren terug. We zijn zelf steeds meer na gaan denken over ons eigen dieet en nemen het dieet van de hond daarbij graag mee onder de loep. Verse voeding zijn we immers allemaal van mening, is gezond! Het aantal zelfsamenstellers is de afgelopen sterk gestegen en is nog steeds groeiende. Een situatie die alleen maar is toe te juichen.

Er zijn meerdere redenen om rauwe voeding aan je hond te gaan geven. Allereerst is het wellicht belangrijk om uit te leggen waarom commerciële brok en blikvoedingen ongeschikt zijn voor een hond die van nature een carnivoor in hart en nieren is. Je hebt 2 verschillende soorten brokken. Je hebt droogvoeding in de vorm van geperste brokken en je hebt geëxpandeerde brokken wat inhoudt dat die brokken op zeer hoge temperatuur vervaardigd zijn. Deze 2 soorten voedingen hebben twee overeenkomsten. Ten eerste zijn ze gemaakt voor het gemak van de mens. Wat is er immers simpeler dan een handje brokken in de voerbak te gooien. Je hoeft niet na te denken over wat je hond binnenkrijgt want op de verpakking stond immers compleet.

De tweede overeenkomst is dat het lichaam van de hond met lichaamsvreemde stoffen moet werken. Dat is dan ook de reden dat veel honden er allergisch op reageren. Brokken worden zo verhit dat ze steriel worden en daardoor darmen van de hond lui maken. Doordat brokvoeding zo verhit wordt moet men achteraf nog kunstmatig vitaminen en mineralen toevoegen om er voor te zorgen dat een hond nog wel alle benodigde stoffen binnenkrijgt. Ook de weerstand van de hond gaat omlaag doordat deze een dood gekookte en kunstmatig gemaakte voeding krijgt. Het feit dat dood voedsel organismen laat aftakelen is ook al bevestigd door het kattenonderzoek van Dr. Francis Pottenger die tussen 1932 en 1942 werd uitgevoerd op 900 katten. Al in de eerste generatie kwamen er miskramen en afwijkingen voor. Dit onderzoek heeft men later herhaald met ratten en varkens en wederom kregen de dieren op gekookt, dood voedsel, gezondheidsproblemen en bleven de dieren op ‘levend vers voedsel’ gezond.

Verder zitten er in brokken ook vaak chemische middelen om de brokken langer te kunnen bewaren. Deze stoffen worden vaak aangeduid met de term 'met de in de E.U. toegestane anti-oxydanten waardoor veel klanten worden misleidt. En met die toegestane anti-oxydanten worden dan vaak de stoffen BHT, BTA en Ethoxyquine bedoelt. Dit zijn o.a. landbouwgiffen en rubber stabilisatoren. Onderzoek heeft aangetoond dat deze stoffen zelfs tot onvruchtbaarheid kunnen leiden. BHA, BHT, Ethoxyquine en Propylgallaat zijn allen carcinogenen (kankerverwekkende) stoffen. In sommige brokken worden er ook kleurstoffen aan het voer toegevoegd, om het voor de baas aantrekkelijk te maken. Een hond zal het immers weinig kunnen schelen wat de kleur van zijn voedsel is. Als het maar lekker smaakt en ruikt!

Nog een belangrijk punt is dat meer dan 75% van alle honden boven de drie jaar al tandproblemen hebben door het eten van een niet geschikt dieet. Hoewel erg vaak wordt beweerd dat brokken goed voor het gebit zouden zijn is dat natuurlijk niet waar: zodra een hond op een brokje bijt valt deze meteen uiteen. Alleen rauwe botten en grote stukken vlees zullen voor een schoon gebit zorgen. In brokken zit gemiddeld meer dan 60% aan graanafval wat grote bedrijven overhouden na verwerking van producten voor menselijke consumptie. Granen bevatten veel koolhydraten wat zorgt voor vadsige honden, een vies gebit en vaak een stinkende vacht. Wolven zullen in de natuur nooit graan nuttigen in zulke hoeveelheden, hooguit wat graan uit de maag van een klein knaagdier. Dit zijn natuurlijk wel hoeveelheden om te verwaarlozen. Honden die allergisch reageren op brokken hebben veelal een allergie voor dit graanafval of voor de kunstmatige toevoegingen. Brokken bevatten eiwitten van lage biologische waarde in tegenstelling tot rauwe voeding die eiwitten van hoge biologische waarde bevat. Het is zonder meer duidelijk dat een voedingseiwit, dat het rijkst is aan essentiële aminozuren en in een verhouding die het dichtst het lichaamseiwit benadert, voor de voeding de hoogste biologische waarde heeft.

Alle ingrediënten die men in brokken verwerkt is puur het afval van grote multinationals van heel bekende bedrijven. Het afval wat men overhoudt van de verwerking van voedsel, shampoo en dergelijke voor menselijke consumptie wordt verwerkt in diervoeders. De hond is puur de afvalbak van onze voedingsindustrie geworden, maar veel hondenbezitters weten het alleen nog niet.

Hoewel onze schattige en vriendelijke ogende huishonden allang niet meer op de wolf lijken is heel hun spijsverteringsstelsel nog identiek aan dat van de wolf. Ook het gebit, of je nu een Teckel of een Greyhound als voorbeeld neemt, beide hebben het gebit van een carnivoor. Ze hebben geen tanden om te malen of te kauwen, maar ze hebben een gebit om grote stukken vlees en bot te snijden, scheuren en hakken.

Rauw vlees en rauwe botten bevatten de juiste samenstelling aan mineralen, vitaminen en enzymen die zo belangrijk zijn voor een carnivoor. Er wordt wel eens beweerd dat er honden zijn die allergisch zijn voor eiwitten en dus een eiwitallergie hebben. Er is echter geen één hond die allergisch kan zijn voor álle eiwitten want het is immers een carnivoor wiens hele anatomie gebouwd is op het verteren van een voeding die voornamelijk uit eiwitten en vetten dient te bestaan. Bovendien zijn de kwaliteit eiwitten in brokken niet te vergelijken met de eiwitten in bijvoorbeeld een rauwe kippenvleugel of een geitenrib.

Wees niet bang voor het ziek worden na een rauwe maaltijd. Alle dieren eten in de natuur hun voedsel ook rauw. Geen enkel dier loopt immers met een gaststel op zijn rug rond om zijn maaltijd te koken.

Men wil wel eens beweren dat honden op rauw niet oud zouden kunnen worden omdat wolven in de natuur ook geen hoge leeftijd bereiken. Echter spelen in de natuur veel meer dingen een rol zoals strenge winters en het ontbreken van gezondheidszorg en het ontbreken van voedsel. Wolven in gevangenschap die met rauwe voeding gevoerd worden halen dan ook een veel hogere leeftijd, er is immers ook gezondheidszorg en controle en continu een goed aanbod van voedsel. In de natuur is het maar de vraag of je wat te eten kunt krijgen!

De omschakeling van brok naar rauw

Een gezonde hond kun je gewoon "cold turkey" overzetten van brok naar rauwe zelfsamengestelde maaltijden. Dit houdt in dat er geen overstappen nodig zijn maar dat de overstap in één keer kan plaatsvinden. Het is niet nodig om je hond eerst op een gemalen vleesvoeding te zetten. Het zelf samenstellen is niet moeilijk, zeker niet nu er zoveel rauwvoer fora op internet te vinden zijn die je ook kunnen helpen met het maken van goede menu’s. Doch zijn er enkele belangrijkste aspecten die goed in ogenschouw moeten worden genomen.

Zorg dat je in het begin geen botten geeft waar weinig vlees aanzit, of botten die wat moeilijker te verteren zijn op een ongetrainde maag. Een maag van een brokkenhond zal "moeten wennen" aan het feit dat hij grote stukken rauw voedsel moet gaan verteren. Zeer geschikte beginners botten voor honden zijn de botten van gevogelte (uitgezonderd van kalkoen) en botten van haas en konijn. Geef nooit te kleine botten maar altijd botten die in verhouding staan met de grootte van de bek van de hond. Dit houdt in dat het niet aan te raden is om kippennekjes aan een grote hond te geven. Indien je een hond hebt die zijn voedsel naar binnen schrokt, en geen tijd neemt om het voedsel rustig fijn te kauwen sla dan de botten even plat met een hamer. Indien dit een week lang goed gaat kun je ook andere botten gaan verstrekken. Denk hierbij aan lams en geitenribben en nekken. Geef nooit dragende delen aan honden die je overzet op rauwe voeding: dit zijn tamelijk harde botten die enige ervaring van de hond eisen.

Rauw vlees (spiervlees en orgaanvlees) kun je vanaf het begin al geven, evenals rauwe pens en rauwe vis. Begin eerst met kleinere hoeveelheden. Geef niet teveel vette vissoorten ineens, bij sommige honden wil dit zwaar op de maag vallen. Dit zal resulteren in overgeven en diarree.

Verder nog een heel belangrijk punt: geef niet teveel rauw vlees ineens, dus bijvoorbeeld geen kilo penslap aan een hond die niet gewend is aan rauw vlees, of die niet gewend is aan zo'n grote hoeveelheid voedsel. Je moet goed beseffen dat de maag getraind moet worden, om een grote hoeveelheid rauw vlees/botten te kunnen verteren. Langzaam kun je de hoeveelheid rauw vlees opbouwen. Als je plotseling zo'n grote hoeveelheid voedsel verstrekt, kan een hond een maagtorsie krijgen. Simpelweg, omdat de maag het niet gewend is. Je kunt om te beginnen het beste 2 keer per dag voeren op wisselende tijden. Langzaam aan kun je dan overstappen op één maal per dag eten. Neem hier echt de tijd voor, met een minimum van 3 á 4 weken.

Gevoelige en oude honden

Honden die erg gevoelig zijn voor veranderingen in het voer, of honden met een zwakker maag en darmstelsel kun je het beste wel geleidelijk aan overzetten op rauwe voeding. Begin met kleine stukjes vlees, het liefst van één diersoort. Indien dit een aantal dagen goed gaat voeg je daar de tweede diersoort aan toe. Begin nog niet meteen met het voeren van vis en wees zuinig met het geven van orgaanvlees en vet daar dit laxerend kan werken. Indien de overstap niet zo denderend gaat geef de hond dan twee weken enkel en alleen lappen vuile pens. Het liefst voer je dan lamspens omdat runderpens erg vet kan zijn.

Voor oudere honden gelden wat andere richtlijnen. Honden die hun hele leven brokken hebben gegeten kunnen vaak niet alle dingen goed meer eten. Deze honden kun je ook het beste overzetten door middel van lappen pens die je wellicht in het begin door midden moet knippen. Houdt het bij oudere honden bij gemakkelijker botwerk van bijvoorbeeld gevogelte en konijn. Geef geen dragende delen en geen harde botten zoals koppen. De maag van een jonge hond kan nog getraind worden op het verwerken van veel en moeilijker te verteren voedsel, een oudere hond heeft hier vaak problemen mee wat resulteert in braken en diarree.

Spier en orgaanvlees kan vanzelfsprekend zonder moeite verstrekt worden. Evenals als vis en rauwe eieren, kefir en yoghurt etc. Oudere honden die niet gewend zijn om te vasten kunnen het beste elke dag wat blijven eten: de maagspieren van deze honden zijn immers nooit goed getraind en dit zal nooit meer zo goed kunnen worden als bij een jonge hond.

Gemalen voedsel versus rauwe gevleesde botten

Er komen steeds meer complete, gemalen vleesvoedingen op de markt. Vandaar dat dit een aspect is wat niet mag ontbreken. Het geven van een gemalen rauw vleesproduct ( ook wel KVV genoemd, wat staat voor compleet versvlees) zal nooit in de buurt kunnen komen van grote stukken bot en vlees. Het geven van een gemalen vleesvoeding is uiteraard vele malen beter dan het voeren dan welke brok dan ook, maar in feite is alles gezonder dan het voeren van een brokvoeding. Het is niet alleen belangrijk wát men de hond verstrekt maar de manier waarop is minstens zo belangrijk.

De meeste complete, gemalen voedingen zijn in eerste instantie van onbekende inhoud en bevatten gezien de prijs waarvoor het verkocht wordt teveel orgaanvlees. Doordat er niet precies bekend is wat er precies in wordt verwerkt is deze voeding sowieso al af te raden voor honden met allergische reacties. Je weet immers niet of er ingrediënten inzitten waarop de hond allergisch kan reageren. Enkel en alleen als je zelf samenstelt kun je precies weten wat jouw hond binnenkrijgt. Een complete versvlees voeding blijft een commercieel product en je hebt geen garantie over welke kwaliteit aan ingrediënten erin zit, hoe het geproduceerd is en in welke verhoudingen alles erin zit. Indien je overstapt van brok naar KVV dan is dat simpelweg een commercieel product inruilen voor een ander commercieel product, niets meer en niets minder.

Honden, maar ook katten en fretten, behoren alleen al gezien hun gebit voedsel te krijgen waarop gewerkt moet worden. Een gemalen vleesvoeding wordt echter al snel gulzig naar binnen geslikt en passeert het gebit zonder dat deze ook maar een beetje gebruikt wordt. Honden die een soortgelijke voeding krijgen hebben al snel last van een vies gebit waar later al vaak tandsteen in ontstaat. Enkel om het feit dat het gebit niet gebruikt wordt om grote stukken vlees en bot te scheuren, hakken en knippen. Dit gebrek aan het niet kunnen gebruiken van het gebit kan zorgen voor lichamelijke mankementen zoals tand en tandvlees problemen. Een gezond gebit is belangrijk voor het hele gestel van de hond. Een gebit wat in een slechte staat verkeert kan ook problemen aan de nieren, lever en andere organen veroorzaken. In 1947 heeft dr. Frank Colyer , een vooraanstaand Brits dierenarts, gespecialiseerd in tandheelkunde het bewijs geleverd dat rauwe vlezige botten en rauwe hompen vlees veel leed voorkomen aan de tanden en het tandvlees en dus ook de gevolgen voor de organen van de hond op langere termijn. Eind jaren 80, begin jaren negentig heeft een groep Australische dierenartsen in samenwerking met Dr. Tom Lonsdale dit onderzoek nog eens overgedaan en zijn ze tot dezelfde bevinding gekomen als Frank Colyer in 1947.

Buiten dat het lichamelijke problemen teweeg kan brengen heeft een foutieve voeding ook gevolgen voor het gedrag van de hond. Een hond die enkel een gemalen vleesvoeding krijgt zal nooit de geestelijke bevrediging hebben zoals een hond die op rauwe gevleesde botten wel ervaart. Een hond die grote stukken vlees en bot krijgt zal veel energie in het eten kwijt kunnen. Wolven besteden veel tijd aan de jacht en aan het verorberen van het voedsel. Dit houdt in dat huishonden ook minder tijd hebben op vervelend gedrag te kunnen ontwikkelen.

Verder brengt het gemalen effect nog meer nadelige gevolgen met zich mee. Doordat de voeding gemalen is wordt de voeding in de maag al gauw een brijerige massa net als bij brokken. Doordat de maag niet meer zo hoeft in te werken op deze voeding verlaat het, het spijsverteringsstelsel al heel snel. Honden op een gemalen vleesvoeding zullen dan ook nooit de voldoening van een volle maag kunnen meemaken. Het is ook niet voor niets dat deze dieren niet mogen vasten.

Uiteraard kan niet iedereen volledig zelf samenstellen of zijn sommige mensen gemakszuchtig en hebben zij er allemaal niet zoveel zin. Voor deze mensen is compleet versvlees een betere optie dan brokken. Liever één stap de goede richting uit dan blijven hangen bij brokken welke zoveel leed veroorzaken. Probeer echter wel zo vaak en veel mogelijk zelf samen te stellen met datgene wat je wél voor handen hebt. Pens is over het algemeen goed verkrijgbaar en kost bijna niets. Vis kun je al een maal per week voeren en dit is ook vaak tegen een paar cent op de markt te halen. Bij de poelier kun je soms ook terecht voor afvalvlees. Aan bijna elke situatie is wel een mouw te passen.

Lees veel op het forum en in de bibliotheek, daar staat een schat van informatie in.

De merken:

http://www.ahv-breda.nl/
http://www.allanimal.nl/
http://www.banditvoeding.nl/
http://www.bibidiervoeding.nl/
http://www.black-dog.nl/
http://www.carnibest.nl/
http://www.carnivoer.nl/
http://www.degomeat.be/
http://www.ducknatuurvoeding.com/
http://www.energique.nl/
www.frosti-fit.de/NLindex.htm (niet compleet)
http://www.haaksbarf.nl/
www.kivo-petfood.nl/index-nl.htm
http://www.prinspetfood.nl/
http://www.rodi-petfood.nl/
www.doggyfood.nl/index.html (Runner)
http://www.diervoeding.com/ (Smuldier)
www.tolerant.nl/actueel/index.htm

 
N.R.V en B.A.R.F

Hoewel het zelf samenstellen al zo oud is als de weg naar Rome, zijn er sinds de opkomst van de commerciële diervoeders in verhouding nog maar weinig mensen die elke dag in de keuken staan om de maaltijden van hun huisdieren te bereiden. De commerciële voeders hebben het zelf samengestelde voedsel een aantal tientallen jaren geleden van het toneel gestoten. Toch is het zelf samenstellen weer in opkomst. Hoewel er honderd en één manieren zijn om je hond op een goede en correcte manier rauwe voeding te geven bestaan er min of meer twee soorten stromingen voor het zelf samenstellen van honden, katten en frettenvoeding.

B.A.R.F is de afkorting voor Bones and Raw Food of Biologically Appropriate Raw Food. Deze term is aan aantal jaren geleden min of meer gelanceerd door een Australische dierenarts en schrijver, Ian Billinghurst. Dr. Ian Billinghurst verkoopt tegenwoordig zijn eigen rauwe, gemalen voeding. De term B.A.R.F wordt wereldwijd het meest gebruikt om het zelf samenstellen aan te duiden. Bij B.A.R.F maakt met gebruik van rauwe botten, orgaanvlees, spiervlees, groenten en supplementen. Mensen die volgens deze methode voeren noemen zichzelf in de volksmond vaak ‘BARF’ers’. De percentages die BARF’ers aanhouden voor de hond zijn:

60% rauwe vlees botten (50% vlees en 50% bot)
15%% rauwe groentepuree en fruit
10% orgaanvlees
5% - 10% tafelrestjes en supplementen

N.R.V wordt gebruikt als de afkorting van Natuurlijke Rauwe Voeding of Natuurlijk Rauw Voeren. Deze stroming in het zelf samenstellen heeft als grondslag de theorie van de Australische dierenarts Tom Lonsdale. Deze term is de vertaling van ‘Raw Feeding’. Mensen die volgens deze methode voeren noemen zichzelf vaak NRV’ers. Deze term wordt in Nederland en België pas sinds kort gebruikt. De percentages die NRV’ers aanhouden voor de hond zijn:

60-70% spiervlees
15% orgaanvlees
15% bot

Mensen die voeren volgens de theorie van natuurlijke rauwe voeding vinden groenten en supplementen niet noodzakelijk. Verder voeren NRV’ers het liefst gehele prooidieren zoals hele konijnen, ratten, kwartels, hazen etc. Deze worden in zijn geheel gegeven dus met haar, kop, veren, helemaal compleet of soms in delen. Indien dit niet mogelijk is wordt een heel prooidier nagebootst door zich te houden aan bovenstaande percentages. Het grootste verschil is dat de voeding voor een gezonde hond absoluut niet gemalen mag zijn maar uit zo’n groot mogelijke stukken dient te bestaan.

Eigenlijk zou het helemaal niet nodig moeten zijn om een term te gebruiken voor het zelf samenstellen van honden/katten/frettenvoeding men deed en doet het immers al jaren. Termen geven juist vaak de indruk dat het allemaal zo moeilijk is, wat niet zo is want iedereen kan het. Hoewel iedereen moet voeren hoe hij of zij wilt is het wel belangrijk dat mensen die net beginnen een houvast hebben. De basisprincipes van N.R.V en B.A.R.F verschillen dus. Men kan beginners niet in het diepe gooien in de hoop dat het wel goed zal gaan, er is een stevige rode draad nodig die je als beginner nodig hebt. Naar je hond kijken, en van daaruit voeren, dat is zoals het zou moeten zijn. En vanzelfsprekend, hoe "natuurlijker" je voert hoe dichter je bij het "aard van het beestje voert" hoe beter het vaak zal gaan. Het zelf samenstellen kent geen wetten, behalve van zo natuurlijk mogelijk voeren. Aan een ieder om dit zelf in te vullen. Naarmate je de voeding van jouw hond langer zelf samenstelt leer je steeds beter om naar je hond te kijken. Geen wetenschapper, dierenarts of schrijver kan beter zijn eigen dier voeden dan de eigenaar zelf.

Voorbeeld van een BARF menu
Maandag
Groentemix 75 gr + 250 gr rundvlees + 1 eetlepel. zeewier
Konijnkarkas (vlees+bot) 250 gr + 1 eetlepel visolie
Dinsdag
Groentemix 75 gr + 200 gr runderhart + 100 gr kalfsnier
Kippenvleugel 300 gr + rauw ei
Woensdag
Groentemix 100 gr + 100 gr kalkoenvlees + 1 eetlepels visolie + 1 eetlepel zeewier
Lamsrib 400 gr
Donderdag
500 gr vuile pens + 1 eetlepels visolie
Kalfsrib 200 gr + 2 eetlepels Hüttenkäse
Vrijdag
Kalkoenvlees 500 gr
Vis 50 gr
Zaterdag
300 gr orgaanvlees (lever + 1 eetlepel Visolie)
Konijnkarkas 200 gr
Zondag
Groentemix 75 gr + 400 gr rundvlees + 1 eetlepel yoghurt + 1 eetlepel visolie
Kalfsrib 100 gr

Voorbeeld van een NRV menu
Week 1
Maandag

Vuile pens (rund) 1 kilo
Dinsdag
Heel konijn
Woensdag
Vastendag
Donderdag
Kalfskopvlees 600 gram
Vrijdag
Vis ( zalmkoppen en sardientjes) 600 gram
Zaterdag
Geitenribben 600 gram
Zondag
Orgaanpakket (lever, hart, nieren) 600 gram

Week 2
Maandag

Vuile pens (lam) 1 kilo
Dinsdag
Heel konijn
Woensdag
Vastendag
Donderdag
Hele kip
Vrijdag
Vastendag
Zaterdag
Paardenspiervlees 600 gram
Zondag
Lamsnekken 600 gram

Eventueel aangevuld met wat ruwe vezel en wat kefir en rauwe eieren op de vastendagen
 
Tekst: Ester Overman
Voor meer informatie kun je kijken op http://www.voernatuurlijk.nl/